‘Ja pap ik doe mee.’
‘En zeker weten dat je de 21 km doet? Niet de 15? Of de 10?’
‘Yep.’
‘Ok. Dan ga ik de vlucht en de overnachtingen boeken.’
‘Cool.’
We hadden een deal. Mijn zoon en ik gaan samen de halve marathon lopen. Best bijzonder. De eerste keer dat we met zijn tweeën zo lang – zes dagen – op pad gaan. Zo ver – Moskou. En samen hardlopen. Hij moet – drie maanden voor het evenement – van nul kilometer ervaring de 21 km kunnen uitlopen. Ik heb meer ervaring in de benen.
We trainen onafhankelijk van elkaar en eens in de twee weken gezamenlijk. Het is hard werken voor ons beiden. Hij is geen duursporter, minstens zo vertrouwd met het nachtleven als de collegebanken. Daarnaast heeft hij astma en wil hij ook nog een paar kilo’s kwijt. Als we samen trainen moet ik flink inhouden. Dat is ook een kunst.
De halve marathon van Moskou was niet de meest voor de hand liggende wedstrijd. Maar het mocht best op een bijzondere plek plaatsvinden, want hoe vaak doe je nu samen mee aan zo’n evenement? Wat ook hielp was dat ik op een eerdere reis twee sportieve Moskovieten leerde kennen. Die doen mee. Maar doorslaggevend uiteindelijk was het boek ‘Naar de Russen’ van Harm Peter Smilde. In dit boek doet de schrijver verslag van zijn omzwervingen langs de plekken die voor de beroemdste Russische schrijvers van groot belang zijn geweest. Precies 101jaar na de Russische revolutie wil ik de plekken die Paustovski zo beeldend heeft beschreven wel eens zien. Maar Moskou is ook de plek waar Boelgakov en Tjechov veel van hun bekend werk hebben geschreven.
Reizen naar Rusland is niet eenvoudig. We moeten ons inschrijven op een website waar de pagina’s telkens van het Engels naar het Russisch switchen. Voor de registratie voor de wedstrijd daar hebben we een verklaring omtrent onze gezondheid nodig. We hebben een visum nodig. Mijn zoon moet daarvoor ook over een paspoort beschikken. De ambassade vraagt van ons een uitnodigingsbrief van ons logiesverblijf voor ons visum. Wie meer dan zes dagen in Rusland verblijft moet zich registreren.
Ik vervloek de Russische bureaucratie. We zijn halverwege de procedures als tijdens een onderhoudsloopje een andere spelbreker zich meldt. Een zweepslag in mijn kuit doet me naar huis strompelen. De Russische bureaucratie is een lachertje als je het vergelijkt met dit ongemak. Het vraagt een mentale mind switch van formaat om onze expeditie te laten slagen. Ga ik alleen mijn zoon aanmoedigen? Ga ik voorzichtig meedoen, of mikken op de 10 km lopen? Op mijn manier ervaar ik een klein beetje wat Russen de afgelopen eeuw allemaal hebben moeten doormaken. Misschien is dit wel de beste voorbereiding op een trip naar het land met de beste schrijvers, het grootste oppervlakte, de meeste regels en de langste tenen.